In 1973 werd de wereld geconfronteerd met één van de meest huiveringwekkende en angstaanjagende films ooit gemaakt. De film werd voor zomaar eventjes 10 Oscars – waaronder Beste Regie, Acteur, Actrice – en zeven Golden Globes genomineerd. Deze horrorklassieker ontketende een ware hysterie en werd een wereldwijd fenomeen. Zijn naam: The Exorcist.
The Exorcirst: the Director’s Cut katapulteert ons terug naar 26 december 1973, toen de film voor de eerste keer publiekelijk werd vertoond. Regisseur William Friedkin was compleet verrast door de emotionele reacties op zijn film. Naarmate de film vorderde, werd Friedkin geconfronteerd met een schreeuwend publiek, dat zich verboirg achter stoelen en zelfs de zaal uitspurtte. Aangezien we ons in putje december bevonden en de kerstman zijn laatste pakjes aan huis bracht, was het des te verwonderlijker dat massa’s mensen de ijzingwekkende temperaturen trotseerden om urenlang in de rij te wachten voor de bioscoopcomplexen.
The Exorcist is gebaseerd op een verhaal van William Peter Blattey en focust zich op de clash tussen goed en kwaad. Blattey liet zich voor zijn boek – een heuse bestseller met liefst 13 miljoen stuks in de VS alleen! – inspireren door een waargebeurd exorcisme in de buurt van Washington D.C. In 1949 zou er een duiveluitdrijving zijn toegepast op een 14-jarig jongetje. Dit mysterieuze onderwerp maakte zich meester van Blattey, totdat hij er in 1971 een boek over schreef. Onze schrijver was niet vies van Hollywood en drong -nog voor hij het boek had geschreven – aan op een verfilming.
Warner Brothers, de studio die uiteindelijk de film zou uitbrengen, was meteen gewonnen voor het idee en schoof een resem A-list regisseurs onder Blattey’s neus. In 1971 was er echter een jonge knaap die een fantastische spektakelfilm uit zijn mouw had getoverd die drie belangrijke Oscars won. Blattey was vol lof over de film – The French Connection – en had grote bewondering voor de regisseur: William Friedkin. Hij werd dan ook verkozen.
The Exorcist start met een kleine proloog in het verre Irak. Daar houdt Father Merrin (Max Von Sydow) zich vredig bezig met het opgraven van antieke en waardevolle spullen. Op een zekere dag stuit één van zijn medewerkers op een aantal prullaria, maar Father Merrin graaft ietsje dieper en ontdekt een aardewerkje met de beeltenis van Pazuzu – Evil itself! Plots bevinden we ons in Georgetown, USA. In een rustige buitenbuurt woont de familie MacNeil. Alles lijkt rozengeur en maneschijn totdat het jongste dochtertje Regan – uitmuntende vertolking van Linda Blair – vreemd gedrag begint te vertonen. Moeder MacNeil – ongelooflijk intens en zenuwslopend vertolkt door Ellen Burstyn – wordt stapje voor stapje radelozer wanneer blijkt dat zelfs na talloze consultaties bij verschillende dokters (liefst 88!) niet één weet wat er aan de hand is met het jonge meisje. Regan begint tevens steeds agressiever te worden en deinst er niet voor terug om obscene daden tentoon te spreiden. De dokters zien slechts één uitweg: een exorcisme…
De enige priester die evenwel enkele noties heeft over een exorcisme, Father Karras – een uiterst ingehouden en prachtige rol van Jason Miller in zijn eerste film! – bevindt zich zelf in een uiterst conflictueuze situatie want hij heeft zijn geloof verloren na de dood van zijn moeder. Juist deze persoon moet het nu gaan opnemen tegen het ultieme kwaad…
Friedkin heeft met The Exorcist zonder overdrijven zijn beste en misschien wel dé beste horrorfilm ooit gemaakt. Na deze film knutselde hij nog wel enkele films in elkaar, maar deze waren keer op keer routineuze miskleunen. In hetzelfde doodlopende straatje kwam ook de toen nog jonge Linda Blair terecht. Niemand die zich nog één film herinnert waar zij zich liet in opmerken. Naast Jason Miller – die eigenlijk een schrijver is, maar in deze film een sublieme prestatie neerzet – zien we tal van andere meesterlijke vertolkingen.
Vermeldenswaardig is nog het uitzonderlijke cinematografisch werk, dat daarna werkelijk een inspiratiebron vormde voor honderden films en het zenuwslopende en dreigende deuntje dat een handelsmerk werd voor een andere horrorklassieker: Halloween.